Bestraffing van seksuele uitbuiting van minderjarigen gewogen
Inzicht ontbreekt in de straffen die worden opgelegd in zaken die gaan over seksuele uitbuiting (mensenhandel) van minderjarigen, blijkt uit het onderzoek 'Bestraffing van seksuele uitbuiting van minderjarigen gewogen. Een jurisprudentieonderzoek naar de straftoemetingsbeslissingen van rechters.' Minderjarige slachtoffers van seksuele uitbuiting stellen vaak dat zij geen aangifte doen omdat de dader geen hoge detentiestraf krijgt. Het strafproces ervaren zij in verhouding te belastend en zij voelen zich uiteindelijk onvoldoende beschermd. Deze zorgelijke signalen zijn mede aanleiding geweest voor dit onderzoek, waarin duidelijk wordt dat de rechter in dit soort zaken het vaakst een deels voorwaardelijke gevangenisstraf heeft opgelegd.
Uit de analyse van 145 uitspraken via rechtspraak.nl in de periode 2015-2019 blijkt dat de meeste daders tussen de één en twee jaar in detentie moeten verblijven. Gekeken naar het gemiddelde van alle straffen opgelegd, is dit verblijf in detentie nog korter, namelijk zes maanden tot één jaar. Hoe de hoogte van de straf is bepaald, wordt in de motivering onvoldoende uitgedrukt waardoor de straftoemeting gedeeltelijk onbegrijpelijk blijft. Defence for Children – ECPAT beveelt aan om meer aandacht te besteden aan strafmotivering wanneer het gaat om seksuele uitbuiting van minderjarigen.