Ik Blijf Hier leden Anood en Noor krijgen asielvergunning!
De 23-jarige Anood en haar 16-jarige zus Noor worden niet uitgezet naar Irak. Na negenenhalf jaar in Nederland zijn zij erkend als vluchteling en hebben zij een asielvergunning gekregen. De opluchting is bij de zussen is enorm. Anood: "Het is ongelofelijk om na meer dan negen jaar eindelijk een verblijfsvergunning te hebben. Ik moet nog gaan beseffen dat het echt zo is."
Eerder deden Anood en Noor een beroep op de definitieve regeling van het Kinderpardon. Die aanvraag werd afgewezen, omdat het gezin niet voldoende zou hebben meegewerkt aan vertrek. Over dit criterium bestaat al lange tijd veel discussie, omdat het ertoe leidt dat in de praktijk geen enkel kind meer in aanmerking komt voor de definitieve regeling.
In 2015 hebben Anood en Noor een asielaanvraag ingediend op grond van de veranderde situatie in Irak, hun westerse levensstijl in Nederland en hun inzet voor mensen- en kinderrechten in Nederland. Zij hebben gesteld dat terugkeer naar Irak na zo'n lange tijd in Nederland niet meer van hen mag worden verwacht, omdat zij zich in Nederland hebben ontwikkeld tot jonge vrouwen met een levensstijl die in Irak niet zou worden geaccepteerd en hen problemen zou opleveren. De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) heeft Anood en Noor in de gelegenheid gesteld te vertellen over hun leven in Nederland en wat zij vrezen bij terugkeer naar Bagdad in Irak. In hun verklaringen heeft de IND vervolgens aanleiding gezien om hen in het bezit te stellen van een zogenaamde A-status, een asielvergunning op grond van de erkenning als verdragsvluchteling.
Defence for Children is verheugd dat er voor Anood en Noor, die lid zijn van de 'Ik Blijf Hier'-groep, een einde is gekomen aan de onzekerheid en dat zij zich nu zonder zorgen over hun verblijfsstatus kunnen richten op hun toekomst in Nederland.
Martin Vegter, jurist Kinderrechten en Migratie: "Het is geweldig dat Anood en Noor een verblijfsvergunning hebben gekregen. Zij zijn allebei erkend als verdragsvluchteling. Er zijn behalve Anood en Noor veel meer meisjes uit Irak – en overigens ook uit Afghanistan – die zeer lang in Nederland zijn en zich hebben ontwikkeld op een manier die ver afstaat van de levensstijl die in hun land van herkomst van hen wordt verwacht. Het zou goed zijn als de IND die andere kinderen ook beschermt tegen de gevaren die hen wachten bij uitzetting door hen ook een verblijfsvergunning te verlenen."